
“Iedereen wil oud worden, maar niemand wil oud zijn”. Ik was een jaar of 19 toen ik dat zinnetje opving. Hij kwam hard binnen. Ik beschouw het als mijn eerste stuiptrekking van een existentiële crisis. Inmiddels heb ik het dertigersdilemma overleefd en hik ik nu tegen de veertig aan. Volgend jaar is het zover. Ik heb er last van.
De spiegel laat het me ook zien, vooral in de ochtend. Ik zie het aan de rode striemen op mijn gezicht. Inmiddels weet ik dat het voorbodes zijn van rimpels. Eerst zijn ze rood, na verloop van tijd wordt het een lijntje, daarna een rimpel en daarna een groef. Ik overpeins de mogelijkheid om de schoonheidsspecialiste in te ruilen voor een specialist die de zalfjes vol zuren en collageen niet over mijn huid smeert, maar ín mijn huid injecteert. Leeftijd laat je anders denken.
Vriendin L. heeft geen moeite met het ouder worden. Ze is een jaartje ouder dan ik en zich heel bewust van de wetenschap dat ze al in de ‘herfst’ van haar leven zit. Met een avondje losgaan in de kroeg maak je haar niet meer gelukkig. ‘Die tijd is voorbij’, zei ze. Ze geniet nu intens van een weekendavond puzzelen en Netflixen. Het klonk als een soort verzoening met het ouder worden: alsof je na je veertigste overschakelt op ‘easy living’; urenlange wandelingen, elektrische fietstochten, zicht op opa- en omaschap, vakantie met caravans, trapliften.
De adem beneemt het me haast nu ik dit schrijf. Die gedachte van berusting met het ouder worden, voelt zo benauwend. Alsof de rest van je leven al is uitgestippeld en dit nu al is, wat het is, en zal blijven, voor de komende 40 jaar. Een patroon dat zich steeds zal herhalen in een tanend doch geaccepteerd lichaam. #hapnaaradem
Ik, daarentegen, hou vast aan de ijdele gedachte dat ‘the best has yet to come’. Niets terugschakelen, maar een tandje erbij; volle kracht vooruit! Een jong lijf is niet te koop, maar een energieke geest is zeker haalbaar. Age is just a number.
Met nog meer cliche’s wek ik wellicht de indruk dat ik midden in een midlifecrisis zit. Misschien is dat zo, en misschien is dat wel goed, want na de midlifecrisis, komt meestal die berusting. En aan die berusting, ben ik nog niet toe.
‘Fields of gold’ – Sting